Op bezoek in de Dominicaanse Republiek

Vandaag blikken we terug op de afgelopen tijd; twee weken maar, 15 dagen om precies te zijn, dat we in de Dominicaanse Republiek te gast waren. Ongelooflijk soms wat je in een korte tijd kan meemaken. Waar moet ik nou beginnen? Hoe krijg ik deze intense belevenissen in woorden gevat, zodat de lezers van dit verhaal een goed beeld krijgen van dit kleurrijke, drukke, rommelige land, met z’n indrukwekkende natuur, de heftige regenval, de vriendelijke bevolking, het chaotische straatleven?

De DR vlag hijsen

Het begon met het oversteken van de beruchte Mona-passage. Dit ging prima, al was het wel even inslingeren geblazen toen we bij de noordwest punt van Puerto Rico het steven naar het westen richten en we de golven van de Atlantische Oceaan vol van opzij kregen. Het was even geleden dat we zulke oceaangolven hadden meegemaakt, wat dat betreft is de Caribische zee behoorlijk beschut. Maar de boot deed het prima, dus de crew kon snel ontspannen en we gingen vliegensvlug op ons doel af bij 18-21 knopen achterlijke wind. Rond 8 uur in de ochtend voeren we de luxe marina binnen, gelegen aan de zuidzijde van het schiereiland Samana. Dat was even geleden, een marina, in Trinidad voor het laatst, aan het begin van dit seizoen. Even de stootwillen weer opduikelen uit de diepte van de bakskist. We kregen een mooie box toegewezen vlak bij de hoofdingang van het hotel, waar de jachthaven een onderdeel van is. Alle officials hadden een klein kantoor in dit hotelcomplex, waardoor we heel makkelijk alle formaliteiten konden afhandelen.

Daarna konden we vrij rondlopen en in ons opnemen waar we terecht waren gekomen. Een prachtige locatie, met twee zwembaden, tropische tuinen, grasvelden, een sjiek hotel met fitness met airco waar we gebruik van konden maken. En het allerleukste van de marina was het weerzien met de crew van Marelief, Karin&Eric, waar we eerder fijne herinneringen mee hebben gemaakt, zowel op La Gomera als op Trinidad&Tobago. Zo fijn om na een hele tijd lieve medezeilers weer terug te zien, we pakten de draad meteen weer op terwijl we genoten van Erics kookkunsten. Heerlijk om ’s avonds laat onder de sterren te zwemmen in het frisse water van de infinitypool!

De dag erna komt Heron binnen die ook een goede overtocht had. We lopen via een klein paadje door tropische natuur naar het stadje Samana, waar we meteen een culturele impressie kregen van dit land. Overal brommertjes, mensen, verkeersdrukte. Toeterde auto’s, open trucjes, enorme vrachtwagens, die zich allemaal tegelijk door nauwe straten wringen, de grote gele schoolbussen niet te vergeten. Motorrijders met hesjes aan, bij wie je voor een dollar achterop springt om je ergens te laten afzetten, maar ook soort tuktukjes waar mensen in worden vervoerd. Fruitkarren op straat, mensen die vanuit manden spullen verkopen, overal kleine winkeltjes, de meesten met vergelijkbare waar. Een drukke kleurrijke markt, een overvol busstation, en overal getoeter, meestal om onduidelijke reden. Maar ondanks deze ogenschijnlijk armoedige chaos heerst er een vriendelijke sfeer waarin we ons prima veilig voelen. Leuk om ons steenkolen-Spaans meteen in praktijk te brengen, en men blijkt ons te verstaan! Dat inspireert om gewoon door te gaan met onze dagelijke Duolingo-training.

Met de tuktuk terug naar huis

Na een rustdagje aan boord waarin klussen worden geklaard (aardse dingen zoals de was doen en de boot eens schoonmaken) huren we een auto en gaan met z’n vijven op pad, Vincent is helaas ziek. We stoppen bij een uitzichtspunt, zien helaas geen walvissen. Samanabaai staat bekend om het walvis-spotten: de bultrugwalvissen komen hier naartoe om te paren. Van januari tot en met maart zijn ze makkelijk te spotten en worden er vele excursies aangeboden. Wij zijn wat aan de late kant, maar je weet maar nooit. Wel zien we een paar gave blowholes, marmermijnen, een indrukwekkende kustlijn vol palmen, gras, zilverzand tegen een azuurblauwe zee. We badderen tussen de locals in een riviertje dat uitmondt in zee en eten kip met rijst en bonen in een lokaal strandtentje.

Buitenlandse toeristen zien we eigenlijk nauwelijks. De Dominicaanse Republiek is een fantastische vakantiebestemming, de toeristenindustrie heeft hier de laatste 10 jaar een enorme vlucht gemaakt. Al die toeristen zitten echter in afgesloten all-inclusive-resorts die van alle gemakken zijn voorzien en allemaal langs de mooiste stranden zijn gelegen, dus die mensen zie je niet in het openbare leven op straat, behalve als ze een georganiseerde excursie doen. Het valt ons op dat iedereen even vriendelijk en behulpzaam is, niemand probeert geld aan ons te verdienen, mensen dringen zich niet aan ons op. De dag erna bezoeken we de El Limón watervallen, waar we komen via een wandeling van 40 minuten. Toeristen uit de resorts leggen deze tocht af op de ruggen van magere paarden, wij zijn blij dat we lopen. Extra lekker om in het frisse bassin onder aan de waterval te zwemmen. Dan bekijken we het stadje Las Terrenas even, bekend om de dans-scene voor wat betreft Bachata en Salsa, maar dat speelt zich in de avonduren af. Via een creatieve route komen we thuis, met zweet in de handen, want dit pad was duidelijk niet bedoeld voor onze auto, wat een spannende rit, oef!

Na vijf nachten verlaten we de marina om vier dagen door te brengen in het National Park Los Haitises, wat aan de overzijde van de grote baai ligt, zo’n 10 mijl varen. Hiervoor moeten we eerst een despacho aanvragen, wat ons door de man van de navy wordt verstrekt: het is in dit land niet de bedoeling dat je er op eigen houtje op uittrekt en her en der gaat ankeren, nee, de autoriteiten willen precies weten waar je verblijft. Overal moet je dus in- en uitklaren, en vertrekken naar een volgende plek zonder despacho kan dus niet. Nou is het geen probleem om zo’n verklaring te krijgen, maar je bent er wel een uur mee zoet, vooral omdat de official zijn taak serieus neemt, maar nooit heeft geleerd een beetje vlot te schrijven. Als we hem bezig zien, moeten we denken en Anne en Pim, twee van onze kleinkinderen, die heel geconcentreerd boven hun schrijfwerkje zitten, de tong tussen de tanden, de knokkeltjes wit van het nog te krampachtig vasthouden van de pen, om heel serieus de letters een voor een op papier te krijgen.

Dan varen we naar de overkant en komen aan in een totaal andere omgeving. Overal rotseilandjes waar de basis bijna van is weggespoeld, die als soort paddenstoelen in het water staan, tropisch begroeid, bewoond door talloze vogels. Het maakt een Aziatische indruk. Verder overal mangrove waar je heerlijk doorheen kan varen met de bijboot, kruip door-sluip door. Ook zijn er meerdere grotten om te exploreren, sommige vanaf land, andere vanaf water bereikbaar.

Er staan wel wat bordjes met informatie bij en er zijn eeuwenoude wandschilderingen te bezichtigen, maar niets is toeristisch uitgebuit. We komen al die dagen nauwelijks iemand tegen bij onze excursies terwijl we soms wel wat bootjes met toeristen langs ziet varen. Heel leuk om deze dagen zo puur in de natuur en zo ver weg van de bewoonde wereld samen door te brengen met Marelief, die naast ons voor anker ligt. Niet alleen gezellig, ook verrekte handig. Want zij zijn al wel de trotse bezitters van een starlink antenne, net als Heron en inmiddels steeds meer zeilers, waardoor wij aan boord ook “gewoon” internet kunnen ontvangen via hun schotel. Nou, we zijn om, hoor, volgend jaar hebben wij er ook eentje aan boord!

Naast onderlinge gezelligheid, blijken we nog iets met elkaar te delen, in elk geval drie van de vier: de behoefte om wat bridge-vaardiger te worden. Blijkt dat we een fantastische docent aan boord hebben in de persoon van mijn Pieter! Terwijl wij de een na de andere beginnersvraag stellen en beginnersfout maken, loodst Pieter ons door de beginselen van het spel heen zonder ook maar 1 teken van irritatie of ongeduld, zo knap! Dat zou ik hem niet kunnen nadoen, mijn heerlijk geduldige echtgenoot! Inmiddels hebben we een paar lessen gehad en begint er bij mij langzaam wat structuur in de chaos te ontstaan, als niet-kaartspeler. Gelukkig maar, want van de 10 bridgedrivers was ik inmiddels de laatste der Mohikanen die nog steeds niet kon meedoen.

Na vier dagen pure natuur varen we terug naar de marina voor een afscheidsavondje met Kim en Vincent van Heron, die zich klaarmaken om naar Miami te varen. We eten in een lokaal restaurantje en zoeken daarna de muziek op, laat dat maar aan Kim&Vin over. We zijn weer getuige van een paar mooie salsa en bachata performances en Vin geeft zelfs 1x toe als Kim hem uitnodigt bij een Merengue. Wat stralen zij toch als ze aan het dansen zijn! Het is zo leuk om te zien en te horen, deze blije muziek, dat we dit najaar in Den Haag samen een cursus gaan doen, dit willen we ook leren! De lokale rum smaakt hier prima bij, ik voel hem de dag erna nog lekker nagonzen in m’n hoofd…..

In vele landen waar we komen geldt dat als mensen wat zeggen en beloven, dat we op onze hoede zijn en eerst willen zien voordat we geloven. Wat een verrassing als blijkt dat de lokale canvas-specialist zich 100% aan de afspraken houdt. Hij kwam eigenlijk bij toeval op ons pad. We zagen op een vrijdagnamiddag dat hij bij de buurboot een hoes voor de dinghy kwam afleveren, met prachtig resultaat. We vragen hem hoelang zoiets duurt en hij zegt dat hij binnen een week kan leveren. We spreken af dat hij op maandagochtend om 9 uur komt inmeten, en hij is er dan ook. Op vrijdagmiddag zou het klaar zijn, en inderdaad, om 17 uur komt hij met zijn compagnon en een uur later zit er een superstrakke nieuwe hoes om onze bijboot, ideaal als bescherming tegen de felle zon en om beschadigingen van het hypalon te voorkomen. Ook heeft hij meteen een huikje voor de buitenboordmotor gemaakt. Kwaliteitswerk, in korte tijd voor een prima prijs, wat zijn we hier blij mee!

Meerdere zeilers om ons heen zijn al bezig met de tochtplanning in de richting van Puerto Rico. Meestal heerst er een straffe oostenwind in deze tijd van het jaar. Om terug te zeilen naar het oosten, moet er wel een goed moment komen, en die zijn schaars. Het maakt ons wat onrustig, want wij willen ook weer die kant op, om vandaar uit naar Bonaire en Curaçao te varen. Maar niet voordat we iets meer van dit enorme land hebben gezien. Daarom huren we voor 4 dagen een auto en gaan op pad. Eerst naar de hoofdstad Santo Domingo. We hebben een hotelletje gevonden midden in de oude binnenstad en vandaar uit gaan we op verkenning uit. We genieten van de sfeer van de stad, vol oude gebouwen en fraaie bouwstijlen. We bezoeken de oudste kathedraal van de nieuwe wereld, in opdracht van Columbus gebouwd. Prachtig!

We gaan naar het Larimar museum, waar alles wordt uitgelegd over de half-edelsteen Larimar, een licht blauw gesteente, soms met groene en rode pigmenten erin, wat nergens anders ter wereld wordt gedolven dan hier. Natuurlijk nemen we een klein aandenken ervan mee naar huis, zowel voor mij als voor onze kleindochters. Dan komen we toevallig terecht bij een openluchtoptreden van een bekende salsaband. Er zitten wel 800 mensen bijeen op een grasveld met plastic stoeltjes kriskras neergezet en een centrale dansvloer. De hele tijd wordt er gedanst, salsa, bachata, merengue. Paren zijn zichtbaar op elkaar ingespeeld, jong en oud door elkaar, opa’s dansen met kleindochters, vrouwen met vrouwen, iedereen heeft plezier. Wat een cadeau om hierin verzeild te geraken, deze dansen zitten in het DNA van de bevolking.

De dag erna rijden we naar de bergen, een enorm vruchtbaar gebied waar het duidelijk koeler is. Langs de weg worden er aardbeien verkocht die lokaal groeien, we nemen wat doosjes mee voor medezeilers. We overnachten op een plek via AirB&B geregeld, en hebben een eigen huisje met balkon.

’s Avonds begint het te regenen om niet meer op te houden, echte tropische dikke regen, oorverdovend op het zinken dak en op al het gebladerte om ons heen. Pas in de vroege ochtend stopt het met regenen, heerlijk dat we op tijd in ons knusse onderkomen zaten. We wandelen naar een waterval die goed gevuld is en vol geweld een val van 60 meter maakt, diepbruin van kleur. Ongelooflijk veel aarde wordt er weggespoeld door de natuur. Dan dalen we af naar de noordkust die bekend staat om zijn prachtige stranden met metershoge golven, dé plek om te kitesurfen. Onderweg naar het stadje Camarete begint het weer te hozen en niet zo’n beetje.

Als we aankomen bij ons hotelletje blijkt er de stroom te zijn uitgevallen door de regen en het duurt een paar uur voordat het weer gefixt is. We zitten in elk geval droog in een fraaie kamer met prima uitzicht en we besteden de tijd nuttig met prive-bridgeles. We eten in het hotel, het voedsel komt van het restaurantje van de buurman die goed kan koken, volgens de eigenaresse. We bestellen iets van zijn menukaart en een half uurtje later komt hij het brengen, heerlijk eten op prachtige borden, echt klasse. De volgende dag is het droog en lopen we voor het eerst naar buiten. Het tentje van de buurman blijkt een heel klein stalletje aan straat te zijn, waar je vers fruitsap kan kopen. Iets verder van de straat af heeft hij een vierpersoonstafeltje staan, keurig gedekt en daarachter zit een kleine keuken. Ongelooflijk dat hij hier dit feestmaal vandaan heeft getoverd. We vinden het zo leuk, dat we meteen bij hem blijven ontbijten.

Dan rijden we in drie uur terug naar de marina. Pieter heeft zich in deze dagen ontpopt tot een chauffeur die niet onderdoet voor de locals, qua rijgedrag. Inhalen over een dubbele doorgetrokken streep, geen probleem. Inhalen in een buitenbocht? Idem. Toeterend invoegen door gewoon een beetje door te duwen, zo doen ze dat hier. Kuilen zigzaggend vermijden, leuk toch? De rest zal ik maar niet verklappen. We hebben helaas wel een erg brakke auto gehuurd, met gebroken voorruit waardoor geen goed zicht, alle ruiten sterk geblindeerd, geen werkende achterlichten, geen ABS, een wel heel laag zittende bodemplaat waardoor die steeds de grond raakt, hoe langzaam we ook over de drempels op straat rijden. Geen profiel op de banden, handrem die niets meer doet, en dan hebben we het maar niet over de vreselijke vislucht die er in de auto hangt. We voelen ons eigenlijk niet veilig in deze bak en zijn blij als we ongedeerd weer thuis zijn. Waarschijnlijk rijdt 90% van de bevolking in auto’s in nog slechtere staat, maar zelf willen we dit liever niet nog een keer zo meemaken. Overigens is het wel een feestje om rond te rijden door dit land. We kijken onze ogen uit, zien de gekste dingen gebeuren om ons heen in het verkeer. Mensen vervoeren de raarste en grootste voorwerpen op brakke brommertjes; je moet niet raar opkijken als er op de vluchtstrook van de tolsnelweg tegemoetkomend verkeer langskomt. Op de vluchtstrook verkopen ze allerlei waren, voedsel, fruit, dus iedereen stopt overal, soms ook gewoon óp de rijstrook als het niet anders kan. Op een doorgaande weg zwaait iemand met een rode lap stof als teken dat we af moeten remmen, blijkt er om de bocht een kudde koeien aan te komen lopen. In steden rijden brommertjes kriskras tussen auto’s door, allemaal zonder helm, in alle richtingen tegelijk, voor ons een wonder dat het allemaal goed lijkt te gaan. Babies voorop tussen de knieën geklemd van een vader, soms worden we ingehaald door zo’n brommertje terwijl wijzelf 80 km/uur reden… Maar ondanks de chaos heerst er wel een prettige sfeer in het verkeer, zelfs het constante toeteren klinkt als een soort muziek. Verder is alles in vrolijke kleuren geverfd, ligt er overal afval op straat en zie je overal families bij elkaar genieten van gezelligheid, liggend tussen de ontelbare palmbomen die langs de kustlijn staan.

Dit land is zo groot, en natuurlijk hebben we er maar een klein stukje van gezien, maar de sfeer hebben we wel te pakken. Een positieve ervaring rijker, een herinnering die ons altijd bij zal blijven! Woensdagavond zijn we terug in de marina, met een auto vol boodschappen. Donderdag is er een prachtig window om te gaan. Deze kans pakken we, want wie weet hoe lang we hierna weer moeten wachten op een goede mogelijkheid. We gaan daarom wel wat sneller weg dan we aanvankelijk hadden gedacht, maar aan de andere kant: we voelen een beetje dat de terugreis al is begonnen. Ik ben alweer wat met m’n toekomstige werk bezig, ik kan weer binnen mijn eigen organisatie aan de slag., heel fijn. De vliegtickets zijn geboekt, de eerste sociale afspraken thuis worden alweer in de agenda gezet. Mentaal zijn we de knop al aan het omzetten. Daarom is het prima om dit hoofdstuk nu af te ronden en de laatste fase van deze heerlijke maanden tegemoet te gaan.

Terwijl we nog nagenietend van de ervaringen Samanabaai uitvaren, ziet Pieter ineens een grote zwarte rug bovenkomen om nog geen 100 meter van de boot, waarna er een grote whaletale ons uitzwaait!

12 jaar getrouwd op de BVI’s

Hèhè, het voelde als een opluchting om weg te varen van St Maarten, richting een nieuwe bestemming. We hadden intensieve weken achter de rug in Nederland en daarna een boel pech achter elkaar na terugkomst in het Caribisch gebied. We zijn toe aan een nieuw hoofdstuk van onze reis, nieuwe ervaringen en eigenlijk gewoon ook aan een beetje bijkomen. De Britse Maagdeneilanden, ofwel de British Virgin Islands, the BVI’s, lijkt zich hier prima voor te lenen. We lazen ooit: “Als Walt Disney een zeilparadijs zou bedenken, zou het eruit zien als de BVI’s. Overal eilanden, overal ankerplekjes, korte afstanden, blauw water, prachtig snorkelen, mooie natuur.” Dat klinkt goed!! Wel oppassen voor de ontelbare charterboten, vooral catamarans. Het is een populair gebied om naar toe te vliegen met vrienden of familie met een grote zak geld om hier rond te varen voor een dikke week. We zijn benieuwd.

De tocht erheen was in elk geval al heerlijk; achterlijk windje van zo’n 14 knopen, onze favoriete zeil-setup, een nachtje doorvaren onder prachtige sterrenhemel, tja, dan zijn we allebei gewoon helemaal in ons element.

We komen op dinsdag 20 februari aan bij Virgin Gorda en klaren in bij de hoofdstad, Spanish Town. Dan zoeken we een mooi ankerplekje op en gaan per dinghy naar The Bath, een begrip hier; een enorm indrukwekkend gebied met de mooiste rotsformaties, megagrote ronde keien, die kriskras verspreid door het landschap liggen en soms hoog op elkaar gestapeld, waardoor je je afvraagt wat hier zich ooit geologisch gezien heeft afgespeeld. Echt heel bijzonder, vooral het stuk waarbij je tussen de rotsblokken klautert, alsof je door tunnels kruipt. Bij terugkomst op de boot zien we dat dezelfde Duitse monohull naast ons geankerd ligt als vanochtend, op de inklaarplek. Latina, mooie naam.

De volgende ochtend zeilen we in alle rust met zo’n 3-4 knopen naar de volgende ankerplek. Er staat weinig wind en het valt ons op dat we ongeveer de enigen zijn die zich onder zeil verplaatsen, de meeste catamarans om ons heen zetten de motoren open en racen er vandoor. We vragen ons af of de zeilen in zo’n charterweek überhaupt gebruikt worden. De zeilen die we op zien staan zijn zo slecht getrimd, dat je meteen weet hoe weinig zeilervaring er aan boord is. 

We hebben een plekje op het oog, beschut achter een eiland en vlak achter het rif: we verwachten een paar dagen pittige wind en dit lijkt ons het beste plekje van de hele omgeving. Tot onze verbazing ligt er helemaal niemand. Een half uurtje later komt ook Latina bij ons liggen, echte zeilers dus, mensen die ook naar het weer kijken, dat hebben we meteen door. Alle charterboten gaan gewoon naar de klaarliggende mooringvelden, waar je twee soorten boeien hebt; de oranje die je voor 55 USD per nacht online kunt boeken, en de witte ballen waarvoor geldt “wie het eerst komt, die het eerst maalt”, daar betaal je 40 USD voor en dit geld wordt in de namiddag opgehaald. Maar je kunt dus ook zelf ankeren. We liggen op een prachtplek en genieten van de rust en van het snorkelen. Wel even heel intimiderend als een barracuda van zeker een meter vlakbij ons zwemt en ons almaar blijft achtervolgen op 2 meter afstand; snel het water uit, wat een griezel van dichtbij met z’n bek vol scherpe tanden. Onze Duitse buurman van Latina komt zich even voorstellen en we nodigen ze beiden uit voor een borrel aan boord die avond. Heidi en Dirk zijn leuk, we hebben een goede klik en dus een heel gezellige avond. Twee dagen liggen we hier en doen wat klussen aan boord. De lieren worden alle zes door mij geserviced, waar ik een tijdje zoet mee ben, en wat hard nodig was….de laatste keer was bijna 2 jaar geleden. Een lekkende naad van de buiskap hebben we helemaal schoongemaakt en opnieuw gekit, weer zo’n klus waar we zomaar drie uur mee bezig zijn met z’n tweetjes, maar wat een tevreden gevoel oplevert. Als de wind is afgenomen verkassen we naar het eiland tegenover, waar we een mooi uitzicht hebben over een zout binnenwater, van waaruit we met onze heerlijke nieuwe stoere dinghy naar het rif stuiteren om te snorkelen, waar we stukjes kayaken, tennissen op het strand en waar we genieten van Happy-hour op Saba Rock, ook alweer zo’n fenomeen, een sjiek restaurant op een mini-eiland, waar iedereen naartoe trekt. Hartstikke leuke sfeer!!

De avond erna verleggen we de boot naar om de hoek, naast de Latina, en hebben weer een fijne avond met onze nieuwe vrienden, waarbij we heel wat aflachen, Dirk is grappig! Wat zijn de contacten tijdens zo’n reis toch belangrijk. Soms is het heerlijk om alleen maar samen te zijn met niemand om je heen, en soms is de gezelligheid met andere zielsverwanten heel heilzaam.

Vijf dagen zijn we in deze heerlijk sound geweest, op verschillende plekjes. We hebben het fijn gehad, zijn echt een beetje bijgekomen, uitgerust en hebben zin om verder te gaan. We gaan ankerop en varen plat voor het lapje naar Salt island, tien mijl verderop terwijl we onderweg water maken, heerlijk dat de watermaker het weer zo goed doet. We stoppen er, wandelen even naar het zoute meer en gaan vlot verder. Om de hoek ligt het wrak van Rhone, een vrachtschip en tevens een duikattractie. Terwijl ik met de Mahi mahi ronddobber, snorkelt Pieter erheen. Daarna door naar Pieters island, waar we voor anker gaan in een prachtige baai waar maar 1 ander schip ligt, het blijft ons verbazen. We snorkelen op een prachtige plek, met eindelijk wat levend koraal en veel vis en mijn dag kan niet meer kapot als ik een hele bijzondere schelp voor m’n verzameling vind.

We horen van onze vrienden van de Offcourse, die al in de United Stated Virgin Islands, the USVI’s zijn aangekomen, dat ze bevriend zijn met de buurboot in onze baai. De volgende ochtend regent het pijpenstelen tot 10 uur, heel knus, dat constante geroffel op de boot. Ideaal weer om eens wat muffins te bakken. Als het weer droog is, sup ik naar de buren met een zakje muffins, we worden meteen voor de koffie uitgenodigd. Colette en Miles komen met hun dochter vanuit Nieuw Zeeland, hartstikke leuke mensen weer, we hopen ze gauw nog eens te ontmoeten. 

Die middag varen we een klein stukje verderop naar Kelly’s Cove waar we 1 van de 5 betaalde moorings oppikken, wat echt de moeite waard is. We liggen op een prachtplek, in een soort kom omringd door rotsen, zonder deining. Heel mooi om te suppen en ’s avonds te genieten op het voordek van de afnemende maan bij een krekelconcert. 

De dag erna op snorkelexpeditie. Eerst met de dinghy naar TreasurePoint, waar we met zaklamp in de hand de grotten al zwemmend verkennen. Daarna door naar Indian Rocks, ruim een mijl over ruig open water, maar de moeite waard: we snorkelen rond de rotsen met steile wanden vol levend koraal en talloze vissen. Heel stoer van Pieter dat hij door een onderwatertunnel durft te zwemmen.

Tevreden drogen we op van dit avontuur en gaan op pad naar het hoofdeiland Tortola, en dan naar de plek met de bijzondere naam Sopers Hole. We kunnen er niet ankeren en nemen dus een mooring, maar liggen dan ook op een mooi plekkie in dit gebied. Felgekleurde huizen op de kant en blijkbaar een boel leuke plekjes om wat te eten en drinken, lezen we in de pilot. Er stopt een dinghy bij de boot, met daarin Folkert, een Fries, die hier woont en zeilles geeft. Hij vertelt dat er op woensdagavond met radiobestuurbare boten een wedstijdje wordt gehouden en dat het gezellig pizza eten in bij the Admiralities Club. Wij erheen. Pieter staat gebiologeerd te kijken naar het wedstijdzeilen met mini-lasers, en dan krijgt hij zo’n afstandbediening in z’n handen gedrukt met een paar regels uitleg. Hij rommelt er even mee en dan wordt er al afgeteld naar de start. Pieter speert ervandoor met zn boot nr 59, hij rondt de boei en komt als winnaar over de finishlijn! Hij glimt van trots, mijn held. Nog nooit gedaan en meteen onder de knie 🙂

Hierna smaken de biertjes en pizza’s nog beter en hebben we een leuk gesprek met een jong Brits koppel dat hier woont en werkt om het Engelse klimaat te ontvluchten.

Donderdag op pad om een belangrijke hobbel te nemen. We hebben een paar dagen geleden een ESTA aangevraagd en deze moeten we activeren, voordat we de boot mogen meenemen naar Amerikaans grondgebied.

Dit kunnen we doen door met de ferry naar de USVI’s te gaan, ons daar formeel in te klaren en een stempel in onze paspoort te krijgen. Pieter heeft online tickets geregeld, wat niet zonder slag of stoot ging. Maar uiteindelijk is het gelukt en om 8 uur staan we al klaar bij de ferry’s. Alles gaat soepel, bij elk loket moet weer wat betaald worden, maar dan vertrekken we. In een kwartiertje zijn we in Cruz Bay, de hoofdstad van het Amerikaanse St. Johns. Daar moet iedereen van boord, paspoorten worden gecontroleerd, persoonsfoto gemaakt, vingerafdrukken worden genomen. Maar dan gebeurt het, de felbegeerde stempel wordt gezet en daarmee hebben we een geldig toeristenvisum voor 90 dagen, waarmee we, als het goed is, ook welkom zijn in Puerto Rico. Daar is het ons allemaal om te doen. Het kost wat, maar hopelijk hebben we dan ook wat, we gaan het beleven! Drie uur na vertrek zijn we weer terug aan boord. We kunnen hier mooi nog een wasje doen, boodschappen halen bij een prima supermarkt en gaan nog even naar livemuziek luisteren aan de kant, onder het genot van een hapje, terwijl het buiten weer regent. Deze dagen trekt er een front over met veel wind en regen maar daarna wordt er weer stralend weer verwacht.

Pieter schreef al dat we Murphy op St. Maarten hebben achtergelaten, maar dat betekent niet dat we gevrijwaard zijn van pech, integendeel. Hoe heerlijk we het ook hebben op de BVI’s, we hebben wel weer een portie tegenslag, deels eigen schuld! We varen met de nieuwe dinghy achter ons aan slepend. We lazen dat we in zo’n geval een langere lijn moeten beleggen en we vinden hier een perfecte lijn voor. Maar waar we niet echt aan dachten bij de eerste ankermanoeuvre was dat dit geen drijvende lijn is en een stuk langer dan we gewend waren, met als gevolg dat de lijn in de schroef verstrikt raakt bij het achteruitslaan en KLOINK…de motor er abrupt mee stopt. Gelukkig zijn de motorsteunen door de klap niet gebroken of ontzet! ’s Avonds zitten we binnen tv te kijken, ineens bam, elektra schakelt volledig uit, de accu’s op standby, wij en de boot in het duister gehuld. Dat is ons nog nooit overkomen. Pieter houdt via een app altijd de accu’s in de gaten. We hadden inderdaad geen zonnige dag en best wat elektra gebruikt, maar ze leken nog voldoende gevuld. Op basis van deze app-gegevens bepalen we of we elektrisch kunnen koken (meestal), of op gas (soms). 1 van de accu’s communiceert niet zo lekker via bluetooth, dat probleem was al langer bekend, maar blijkbaar geven ze soms ook een hoger laadniveau aan dan overeenkomt met de werkelijkheid! Dat betekende dus een uurtje de motor laten draaien op de ankerplek, de tweede keer dat we dit moeten doen in ons zeilende bestaan. En dan het volgende: we liggen in Sopers Hole aan een mooring terwijl het een onrustige nacht is met harde vlagen wind waardoor de boot soms onrustig beweegt. Ik weet nog dat ik een vreemd hard geluid hoorde waardoor ik wakker schrok, maar ging ervan uit dat het de peddels waren op dek, maar die had ik wel vastgebonden, dus draaide ik me om. ’s Ochtends zitten we te ontbijten in de kuip, zie ik ineens een elektradraadje omlaag bungelen vanaf de bimini. Ik kijk omhoog; Pieter!! Er is een zonnepaneel weggewaaid!! Jeetje mina, er liggen twee flexibele zonnepanelen op de bimini, ze zitten vast met twee strips klittenband over de hele lengte. Is er toch een volledig afgerukt door een windvlaag, nog nooit meegemaakt. Tja, en waar is ie nu? Zinkt zo’n ding meteen, is ie misschien tientallen meters door de lucht gevlogen voordat hij ging zwemmen? Heeft de uitgaande stroom hem meegesleept richting zee? Waar we liggen is het ruim 10 meter diep. We zien er wat tegenop, maar uiteindelijk helpt Pieter me in het duikharnasje van ons nood-duiksetje en daar ga ik. Na vier meter zakken zie ik de bodem al wat vaag, en na 20 seconden zie ik ons paneel heel rustig op me liggen wachten, pal onder de boot. Dat was dan weer een meevaller, en hij blijkt nog te werken ook, oef.

De wind is nog niet uitgeraasd maar we willen verder. Deze plek kennen we inmiddels en het is een bijzondere dag. Het is namelijk 2 maart, onze trouwdag en daar willen we iets feestelijks mee doen. We besluiten te vertrekken en zeilen bij ruim 20 knopen wind hoog aan de wind de 5 mijl naar de beoogde ankerplek bij het eiland Jost van Dyke. Daar trakteren we ons weer op een mooring, wel zo relaxed met deze wind en de riffen in de buurt. We kijken eerst de eerste wedstrijd van Max van dit seizoen, Pieter heeft weer weten te regelen dat we op de ipad kunnen kijken, altijd leuk, al is het een saaie wedstrijd door de overmacht van onze held.

Daarna op pad, we lopen naar the bubbly pool, een plek waar bij hoog water de golven met geweld tussen de rotsen door naar binnen komen en er een soort schuimend bubbelbad ontstaat. Prachtig om te zien en heel leuk om in te zitten. We genieten een tijdje van deze plek. Op de terugweg kopen we iets moois bij een lokale kunstenaar en spreken met het restaurantje op de kant af dat we die avond kreeft komen eten. Ze hebben er nog een paar liggen, die zijn voor ons! We hebben een heerlijk diner op een romantische plek met iets te veel wind, maar dat deert ons niet. We kijken met plezier terug op de voorgaande jaren, zijn blij met elkaar en met onze beslissingen in het leven en realiseren ons maar al te goed hoe fijn we het hebben. Hier willen we nog wel een tijdje samen mee doorgaan.

Op weg naar St Maarten

Maandag 8 januari doen we een eilandtoer over Montserrat samen met gids Cecil. Hij brengt ons helemaal tot aan de rand van de Exclusion Zone, het gebied waar niemand meer mag komen, ongeveer eenderde deel van het eiland. We zien van dichtbij het verlaten gebied met daarin de karkassen van de huizen van de oude hoofdstad Plymouth, alles bedekt met een flinke laag as. Indrukwekkend om te zien en heftig om te bedenken wat er zich hier heeft afgespeeld, wat nog levendiger voor te stellen is na het zien van een documentairefilm in het observatiecentrum. Meteen na de drie uur durende excursie varen we weg, zodat er nog voor het donker zullen aankomen bij het volgende eiland, Nevis. Er is harde wind op komst en we willen dan weg zijn van deze rollerige en onbeschutte ankerplek. Dag Montserrat, een bijzondere plek om aan te doen!

We hebben een heerlijke zeiltocht naar Nevis, hijsen een nieuw landvlaggetje en pakken rond 17 uur een boei op. Nog even een rondje zwemmen met snorkel op om te checken of de mooring van goede kwaliteit is. We zien daarbij dat er onder onze boot een octopus woont, hij heeft zijn holletje gemaakt in een lege lambi-schelp die hij heeft “gecamoufleerd” met schelpen en daardoor voor ons herkenbaar is. Sinds we de film “My Octopus Teacher” hebben gezien (aanrader!) hebben we een zwak voor deze dieren en we checken meerdere keren per dag zijn aanwezigheid.

We blijven 4 dagen op het fijne eiland Nevis en hebben het er goed. Het blijkt dat we er veilig kunnen fietsen en we vinden een supergoede bakkerij waar we vaste klant worden. We rijden een dag naar de Botanische tuinen, waar er de enige gasten zijn en genieten van de prachtige tropische begroeiing.

Een andere dag fietsen we het hele eiland rond, zo’n 30 kilometer met iets voorbij de helft een prachtige lunchplek, Rock Hill, waar we een tijdje genieten van de rust in tropische omgeving.

Op de weg terug stoppen we bij de natuurlijke heet-water baden, waar we zo rood als een kreeft uitkomen. We weten een afslagtijd te reserveren bij de plaatselijke golfbaan en slaan om 7.10 uur af. Het is voor ons véruit het duurste rondje golf ooit, dus we proberen er dubbel van te genieten wat zonder problemen lukt. We spelen met z’n tweeën, geen druk van achteren. Een stralende dag, alles prachtig verzorgd en in bloei, zelden op zo’n fleurige baan gespeeld. Geweldige kwaliteit van fairways en greens en dat in tropische omstandigheden, complimenten voor de greenkeepers!! En nog nooit eerder dat ik heb gegolfd met apen om me heen, zowel op de baan als in de bomen, en hele kuddes geiten die soms overstaken, supergrappig. En dat alles met uitzicht op onze eigen mast, dat hebben we nog niet vaak zo meegemaakt, een golfbaan zo vlak bij de plek waar we voor anker lagen.

Nevis is een heel comfortabel eiland waar alles goed georganiseerd is en netjes geregeld. Wat ons tegenstaat is het enorme verschil tussen rijk en arm, sjiek en shabby. Als we voor een kop koffie 9 USD moeten betalen, hebben we zin om weer verder te gaan. We varen naar het vlakbij gelegen St.Kitts, waar we voor anker gaan in een hele rustige baai waar het mooi snorkelen zou zijn, volgens onze reisgids. Nou, dat was een understatement: we liggen uren in het water en zwemmen door de mooiste onderwaterlandschappen vol gekleurde vissen en andere rifdieren. Dik genieten!!

Zaterdag 13 januari halen we bij het eerste daglicht het anker op. We hebben een lange dagtocht voor de boeg naar Saba, een Nederlandse gemeente. Hier stoppen stond al wat langer op ons wensenlijstje. Dat is alleen niet zo eenvoudig. Saba is niet veel meer dan een hele grote ronde rots die uit zee oprijst met nauwelijks beschutting voor zeilboten. Is het niet de wind die erom heen krult die zorgt voor oncomfortabele nachtrust, dan is het wel de deining uit het noorden die vanaf de andere kant komt en de boot alle kanten op smijt. De omstandigheden bepalen dus of je erheen kunt.

Wij wagen de sprong, omdat het niet heel hard waait, ongeveer zo’n 18 knopen uit redelijk gunstige richting en de swell is niet hoog en komt uit het oosten, dus dat moet te doen zijn. Na een prima zeiltocht komen we rond half drie in de middag aan. De boot gaat flink te keer aan de inklaar-mooring, het is een hele toer om de bijboot te lanceren en de motor erop te zetten. We treffen niemand aan bij de kantoren en ook de telefoonnummers die op de gesloten deuren vermeld staan worden niet beantwoord. Dan komen we morgen wel terug, maar nu al leuk om voet aan wal te hebben gezet op Saba. We informeren nog wel even bij de lokale duikschool, want we lezen overal dat het duiken hier echt geweldig mooi moet zijn. We varen twee mijl verderop waar we een mooring oppikken, vlak onder de steile rotswand van het eiland. Daar is het water behoorlijk rustig en we hebben een prima nacht; gelukkig, want het kan hier aardig spoken qua deining met vreselijk rollen als gevolg. De volgende dag vlak voordat we naar de kant willen gaan ziet Pieter in het Franse weerbericht ineens iets wat we nog niet eerder zagen: er komt hoge deining uit het noorden aan!! Jeetje, dan moet je hier echt niet wezen!! We weten het eigenlijk meteen, wegwezen! Binnen een uur zijn we op pad, helaas maar waar, op weg naar St. Maarten. Misschien krijgen we nog wel een herkansing voor Saba nadat we terug zijn uit Nederland, wie weet…..

Op dat moment is het 14 januari. Het plan was om op 22 januari terug naar Nederland te vliegen, om onze familieleden even te zien en om weer eens een keertje lekker te gaan skiën. Dit alles was al voor ons vertrek naar Trinidad geregeld en de auto staat in de garage in Tilburg al klaar voor dit avontuur, met winterbanden er al op en met achterin alle wintersportspullen. Donderdag 8 februari zouden we terugkeren op onze boot op St. Maarten. Nu ons Saba-plan niet doorgaat, zijn we wat eerder op St. Maarten dan gedacht. We hebben onderweg al contact met Ton, de beheerder van een aantal mooringen bij wie we een plekje hebben gereserveerd. We zijn gelukkig ook wat eerder al welkom en diezelfde avond knopen we vast in “Tons dorp”, zoals de plek met circa 10 boten op de grote binnen-lagoon van St. Maarten wordt genoemd. We worden hartelijk onthaald door Ton zelf die ons even tegemoet kwam varen om ons door de ondiepe stukken heen te loodsen. Vervolgens blijken we naast de Heron te liggen, wat leuk!!! Kim en Vincent kennen we nog vanuit ons vertrekjaar, we ontmoetten elkaar in de Spaanse Ria’s en we hebben mooie herinneringen aan gezellig strandfeestjes met hen. Er volgt een fijn weerzien met een bbq bij ons aan boord. Ook nodigen we onze oude vriend Gaby uit, met wie we lang geleden inmiddels, in 2013, tegelijk vertrokken vanuit Nederland, die uiteindelijk na wat omzwervingen in St. Maarten is neergestreken en inmiddels de manager is van een gerenomeerde chandlery. Sweet memories worden opgehaald bij een gezellig etentje. De volgende avond worden we uitgenodigd voor een borrel bij een andere buurboot wat uitloopt op een gezellige avond en daarna volgt een avondje salsa-les onder leiding van Kim&Vin, waarbij Pieter onverwacht talent blijkt te hebben!!! Wat een gezelligheid hier op St. Maarten, wat een sociale boel. Dat hadden we gemist in afgelopen anderhalve maand, dus we genieten er enorm van om hierin terecht te zijn gekomen, heerlijk!

We hadden snel na aankomst op St. Maarten al besloten wat eerder naar huis terug te vliegen en de vlucht was inmiddels al vervroegd naar 19 januari. Mariëtte, Pieters lieve oude moeder, had steeds meer zorg nodig en wij wilden daar ook graag een steentje aan bijdragen, vandaar.

Wat was dat een goede beslissing! Zaterdag 20 januari kwamen we bij haar aan en zijn 6 dagen bij haar geweest. Zes dierbare dagen waarin we haar per dag verder achteruit zagen gaan. Wat was het fijn voor haar te koken, samen een borrel te drinken, elke dag lekker rustig te kunnen ontbijten. Pieter had veel dierbare momenten met haar, zo intiem om haar dagelijks op bed te leggen en lekker in te stoppen, goedenacht te wensen. Ze was zo moe, ze had steeds minder puf en eigenlijk wilde ze al een tijdje niet meer verder. Het kaarsje was echt bijna opgebrand, en toch hield ze haar interesse in ons allen, klaagde nooit, was meer dan dankbaar voor alle hulp en ze genoot zichtbaar van onze aanwezigheid.

Toen gingen we skiën, ze wenste ons nog een hele fijne reis, “neem het er maar lekker van”, zei ze op vrijdagochtend vroeg, toen we vertrokken en haar een laatste kus gaven. De dagen erna is ze heel hard achteruit gehold. Op maandagochtend, na twee fijne dagen skiën, hadden we nog even echt contact via beeldbellen en we realiseerden ons, dat het haar laatste momenten op aarde waren. We zijn meteen vertrokken, op weg naar huis. In de middag werden we gebeld dat ze was overleden, in het bijzijn van drie van haar kinderen, wij kwamen een paar uur later thuis. Sindsdien zijn we in een hele warme en hechte familiesfeer afscheid van haar aan het nemen, door alles te regelen en mooie herinneringen op te halen. Dinsdag 6 februari wordt onze dierbare Mariëtte begraven op een leeftijd van 93 jaar. We gaan een hele fijne (schoon)moeder missen, een krachtige vrouw, een oermoeder, een lief mens om nooit meer te vergeten.

Onverwacht bezoek op Martinique

Na een paar fijne dagen bij Mayreau varen we aan de wind naar het kleurrijke Bequia, waar we de kerstdagen door willen brengen. Als we de dag na aankomst naar de weersverwachting kijken, zien we dat er een flinke periode aankomt met nauwelijks tot geen wind en wat er waait komt uit het noorden, waar we naartoe willen. We kijken elkaar aan en de beslissing is al genomen: we vertrekken vandaag nog naar Martinique!

De gedachte om niet alleen kerst maar ook Oud&Nieuw hier te vieren spreekt ons niet aan: ineens lonken de culinaire verleidingen van het Franse Martinique. We gaan naar de kant voor wat specifieke lokale boodschappen, we vinden een brace voor Pieters knie en we klaren meteen uit. We lunchen nog even in ons favoriete tentje en om 15 uur varen we Admiralities Bay uit, om langs St. Vincent en St. Lucia te varen in de nacht zodat we op zaterdagochtend 23 december ons anker laten vallen in de megagrote baai bij St. Anne, Martinique. We gaan meteen op jacht naar lekkernijen en kopen een verse baguette, Franse kaasjes, wat kerstspecialiteiten en natuurlijk flessen bubbels en we bestellen een tarte au citron au meringue, onze guilty pleasure, die we zondag op kunnen halen. De supergoede bakkerij in St. Anne is echt álle dagen van het jaar open, grandioos.

Uiteindelijk liggen we tot 2 januari op dezelfde plek. We zijn zo blij dat we besloten om versneld naar dit eiland te varen, want het blijkt inderdaad 10 dagen nauwelijks te waaien, heel bijzonder overigens, in deze tijd van het jaar. Normaal gesproken staat er een stevige 20-25 knopen oostenwind, maar eigenlijk is het heel de tijd sinds we weer varen al rustig weer; het zal wel het effect zijn van El Niño. Ook wel even lekker, weinig wind, want de boot ligt rustig, ik kan wat yoga op het voordek doen zonder om te vallen, ik sup dagelijks naar het strand, wat zonder windgolfjes heel relaxed is, lekker met een muziekje in m’n oren. Pieter z’n knieklachten verbeteren haast per dag. Eerst ging zwemmen steeds beter. Toen bleek dat fietsen hartstikke goed ging, waardoor we 3 keer in de vroege ochtend mooie tochten maakten. Wandelen op het strand ging weer steeds vlotter, de brace kon af. Dat geeft ons het vertrouwen dat het weer goed gaat komen, gelukkig!

We ontmoeten wel wat mensen, maar de kerstdagen brengen we met z’n tweetjes door en proberen we een feestelijk tintje te geven met lichtjes en lekker eten. Oud en Nieuw zijn we ook samen, we vierden het op Nederlandse tijd, omdat het ons echt niet meer lukt tot 0 uur op te blijven. Overdag zijn we even bezig met het knutselen van wensbootjes. Uiteindelijk hebben we die op 3 januari pas te water gelaten in een bijna windstille nacht en ze heel lang nagekeken, in gedachten bij al die mensen die we voor komend jaar wat extra liefde en geluk toewensen.

Toevallig kwam ik er door een kerstgroet achter dat mijn Duitse jeugdvrienden Jutta en Wilfried op 1 januari op Martinique aan zouden komen, hoe leuk om even op ze te wachten en ze een dagje mee aan boord te nemen! Als gezin leerden we ze kennen toen we naar Mauer verhuisden in 1981, omdat mijn vader in Heidelberg ging werken in een dwarslaesiekliniek. Zij waren toen nog een jong stel, wij een gezin met vier jonge kinderen. Het klikte erg goed en we hebben veel met elkaar opgetrokken in die tijd, maar ook daarna, we zijn elkaar nooit helemaal uit het oog verloren. We hebben op 3 januari met ze afgesproken, waardoor we wisten dat we tot die tijd lekker op 1 plek zouden blijven. Soms heerlijk om te weten dat je ergens wat langer blijft, dan komen we weer aan andere dingen toe. Zo haal ik meerdere keren de naaimachine tevoorschijn om lekker te knutselen. De hoes van de bijboot krijgt een refit, ik naai eindelijk twee huiken voor de luiken, om de zon buiten te houden. Ik maak weer een hele rits vlaggetjes klaar, voor alle bestemmingen die we dit jaar aan gaan doen die nieuw voor ons zijn. We hebben namelijk ook tijd gehad om een goed plan te maken voor de komende tijd. Wat heel behulpzaam hierbij was, was een gezellig telefoongesprek met de crew van Senang, die vorig jaar de bestemmingen bezocht die wij op ons verlanglijstje hadden staan. Hun enthousiaste verhalen maakten ons snel duidelijk dat we voor heel wat eilanden echt de tijd moeten uittrekken, dus dat het plan wat we globaal in ons hoofd hadden niet zo realistisch was. Veel te veel bestemmingen in te weinig tijd. Dus nu hebben we ons plan verdeeld over twee seizoenen. Dit seizoen varen we naar St. Maarten, via Montserrat en hopelijk Saba en St. Eustatius. Daarna naar de Britse Maagdeneilanden, dan naar de Dominicaanse Republiek, om de boot voor het orkaanseizoen op Curaçao of in Colombia op de kant te zetten. En dan volgend seizoen naar Jamaica, Kaaiman-eilanden en Cuba, dan door naar Belize en Guatemala. Voelt goed, om nu duidelijkheid te hebben. We moeten dus aan de slag met onze Spaanse taalvaardigheid, zeker omdat we ook een tijd in Colombia over land willen reizen, wel zo fijn als we ons een beetje in het Spaans kunnen redden.

Op 2 januari varen we naar Grande Anse d’Arlets, waar we de ochtend erna Jutta en Wilfried van het strand oppikken. Al is het vier jaar geleden dat we elkaar voor het laatst zagen, het weerzien is weer even hartelijk. Na een beetje te zijn bijgepraat, gaan we leuke dingen doen. Eerst per dinghy naar een mooie snorkelplek. Wilfried geniet volop en we vinden het heel leuk dat Jutta (geen echte waterrat, zoals ze zelf zegt) het snorkelen toch leuk vindt met ons fullface masker en drijfnoedel. We zien schildpadden, een grote rog, lionfish, en verder een prachtig onderwaterlandschap vol koraal en talloze vissoorten. Daarna gaan we een eindje varen, richting Diamond Rock. En zowaar, we krijgen bezoek van een groep grote dolfijnen, die een tijd rond de boot spelen, echt een kadootje, zeker voor ons bezoek. ’s Avonds een gezellige barbecue aan boord terwijl we veel herinneringen ophalen uit onze tijd in Mauer. Fijn om zoveel lieve woorden over mijn vader te horen, die ze natuurlijk goed hebben gekend. Zó de moeite waard om op hun komst te hebben gewacht, we kijken terug op een dierbare dag!

De volgende ochtend varen we om 7 uur de baai uit om in een mooie dagtocht Dominica te bereiken. Daar pikken we een mooring op van Markus die ons uitgelaten komt vertellen net weer vader te zijn geworden van een mooie dochter. Leuk om op sommige plekken de locals een beetje te kennen. Jammer dat we geen tijd voor Dominica hebben deze keer, dit eiland heeft mijn hart wel een beetje gestolen.

Wel gaan we nog even langs de (vis)markt en langs de bakker, een uitje van een uur waarin we zoveel aardige mensen ontmoeten, ik blijf dit bijzonder vinden. Begin van de middag varen we door, we kunnen lekker zeilen op een rustige zee. We besluiten in de donker te ankeren langs de kust van Guadeloupe, zodat we van 21 tot 5 uur kunnen slapen, en dan varen we door naar Montserrat, wat we vlak langs de westkust voorbij varen met goed licht van achteren: indrukwekkend wat we zien!! Montserrat heeft een nog actieve vulkaan Souffrière, goed te zien aan de rookpluimen die uit de krater opstijgen. In 1995 is meer dan de helft van het eiland verwoest bij een uitbarsting, waarbij vrijwel de gehele hoofdstad is weggevaagd. Sindsdien in dit een verboden gebied, waar niemand meer komt, omdat nieuwe uitbarstingen kunnen plaatsvinden. Plymouth, de hoofdstad, of dat wat er dan nog van over is, is een spookstad geworden en dat konden we vanaf het water goed zien. We konden voor 18 uur nog inklaren en vierden de aankomst op een nieuwe bestemming met een goede rumpunch bij een restaurantje vanwaar we genieten van een prachtige sunset met onze boot op de voorgrond.

Vandaag maakten we een flinke wandeling, wat gelukkig weer goed lijkt te gaan met Pieters knie. En morgen volgt nog een eilandtour met gids Cecil. Daarna varen we meteen door naar St Kitts and Nevis voordat de harde wind weer gaat oppikken.

December 2023: Weer in Caribische sferen

Na een paar hectische laatste weken in Nederland, was het dan zover: op dinsdagochtend 28 november werden we door Pieters zus Brigitte afgezet bij Schiphol, wat een lieve service! Gelukkig hadden we alleen handbagage bij ons deze keer, ieder met 1 tas in de hand en 1 tasje op de rug door de security; heel anders dan vorig jaar, toen we uiteindelijk met 7 tassen op Trinidad aankwamen. De vlucht verliep zonder problemen en na landing waren we redelijk snel door de immigratie-controle heen. Oei, dan nog even die hobbel van customs…. Een beetje met knikkende knieën het vinkje gezet bij “No food to declare” en we lopen door naar de vriendelijke dame die een kort praatje met ons maakte en vervolgens gebaarde dat we door mochten lopen. Oef, daar krijgen we allebei toch klamme handjes van, en nu genieten we des te meer van o.a. de verse Hollandse kaas, de noten, muesli en zilvervliesrijst, allemaal producten die hier of niet te krijgen zijn of peperduur 🙂

De chauffeur van onze werf kwam al snel voorrijden (ook al zo’n supernette service!) en we waren nog net voor sluitingstijd bij de plaatselijke supermarkt om twee tassen vol boodschappen mee naar de boot te nemen. ’s Avonds half negen lokale tijd waren we weer aan boord, home again!

We rekken de avond nog tot tien uur en slapen vervolgens tot zeven uur in de ochtend, hopla, meteen in het ritme. Tjonge, wat is het heet hier!!! Daar moeten we wel weer aan wennen, het zweet gutst langs je lijf, zelfs als je voorzichtig niets doet. We kunnen nog een paar dingen checken aan het onderwaterschip en rond 13 uur staat gepland dat we het water in gaan. Maar goed ook dat we die uurtjes nog hebben, want 1 probleem aan de schroef blijkt nog niet te zijn opgelost. Ruim 6 maanden geleden hadden we een plaatselijk bedrijf de opdracht gegeven iets te fixen, er ontbrak namelijk 1 van de 3 schokdempertjes van onze klapschroef. “No problem, dat zullen we bestellen”. Iemand anders tipte ons al eerder dat deze man wel achter de broek moest worden gezeten, dus Pieter had een maand geleden al eens navraag gedaan. Toen bleek het onderdeel net te zijn geleverd maar helaas de verkeerde maat. Ze zouden het opnieuw gaan bestellen, ze hadden de juiste maat in Denemarken gevonden. Pieter had er al geen goed gevoel over, had daarom voor de zekerheid zelf in NL zo’n blokje besteld. Bleek het er inderdaad dus niet in te zitten die ochtend, en nog maar een paar uur voor de te waterlating. Pieter naar het kantoortje toe: ja, het blokje was besteld, zou vandaag via DHL worden geleverd, “no worries”. Ongelooflijk, toch?? Hoe groot was onze verbazing toen we om 11 uur een busje van DHL het terrein op zagen rijden en vervolgens onze man aan kwam lopen met het benodigde onderdeel….. een uurtje later zat de klapschroef er weer op met meteen maar alle drie de blokjes vervangen. Hoezo last minute….

Daar hangt ie dan, ons schip in de banden en bijna gaat er weer zout water langs de kiel stromen. Altijd even spannend, zal de motor zo meteen starten? Kan ik het nog, de boot op het stromende water de box uit manoeuvreren en de havenbox weer invaren? Zorgen om niets, alles liep gesmeerd en om half drie liggen we bij Crews Inn Marina in het zwembad. Heel gezellig dat Niek en Mar van de Tak Terhinggha er nog zijn, we trakteren ze graag op een gezellig etentje aan de wal die avond en vieren samen onze aankomst met een lekker koud biertje.

Dag erna de zeilen erop gezet en alle lijnen weer ingeschoren. We zwaaien Mar en Niek uit die naar Grenada vertrekken. Zelf checken wij vrijdagmiddag uit, nadat we nog een paar dingen hebben geregeld en met plaatselijk busje de laatste inkopen hebben gehaald. Nog even een tankstop voor wat benzine voor de buitenboordmotor en off we go! Heel relaxed op alleen een fokje varen we naar Scotland Bay, een uurtje zeilen, om daar ons anker te laten vallen. Er liggen nog drie andere schepen en er bivakkeert een groep Trini’s op het strand in een soort kampement, die er duidelijk de nacht gaan doorbrengen. Het zal er primitief zijn aan de rand van het oerwoud onder een zeiltje wat tussen wat bomen gespannen is en waar een kampvuurtje bij brandt, maar in elk geval zijn de boxen meegekomen, zoals bij elk Trinidees feestje, en de muziek schalt over het water. De nacht valt, we dansen op het voordek onder de sterren en zijn zo gelukkig dat we weer hier zijn, samen op onze boot die we in perfecte staat aantroffen, in dit heerlijke gebied met z’n warme temperatuur en met de vrijheid aan onze voeten. We slapen als rozen.

De volgende ochtend lichten we om 9 uur het anker en varen weg, op naar het noorden met Union Island als doel. We hebben een prima eerste tocht, die 22 uur duurt en hebben allebei geen enkele last van zeeziekte. We genieten van het zeilen, het buiten zijn, de schittering op het water. Ik staar naar het kunst-aasje wat af en toe uit het water opspringt, helaas zonder er een vis mee te lokken. We verbazen ons dat we helemaal geen sargasso-wier zien! We varen dus meteen een nacht door, en het lijkt alsof we niet zijn weggeweest. We pikken de inmiddels diep ingesleten routine zonder hapering weer op, samen zeilen zit zo diep in ons systeem verankerd, heerlijk. We verdelen de wachten weer en genieten ieder afzonderlijk van een adembenemende sterrenhemel, zittend in korte broek en t-shirtje in de kuip. Wat is het leven toch mooi!

Versneld klaarmaken voor vertrek naar huis

Inmiddels zijn we aangekomen bij Trinidad, onze eindbestemming voor dit seizoen. We zijn hier een paar dagen eerder aangekomen dan verwacht, omdat we vorige week bericht kregen dat de toestand van mijn vader ineens verslechterde en dat zijn kaarsje wel eens heel snel uit kon gaan. Tja, en hoewel we hier inmiddels al zo’n drie jaar rekening mee houden en hij ons keer op keer weer verrast met zijn ongekende weerbaarheid, blijft het toch verdrietig als je zo’n bericht krijgt. Voor de zekerheid maar snel naar Trinidad gevaren, waar de boot weer voor een half jaar op de kant gaat, zodat we zo nodig snel kunnen schakelen en naar huis kunnen vliegen. Hier zijn geeft ons in elk geval al rust, en inmiddels is de dreiging ook alweer wat geweken, hoorden we vandaag van zijn vrouw Cora die m’n vader liefdevol verzorgt, gelukkig! Hoe fijn zou het zijn als we pap over 2 weken zelf nog een lieve knuffel kunnen geven….

Toch leuk om nog even terug te kijken op de afgelopen 2 fantastische weken. Op vrijdag 21 april volgde ik in de ochtend nog een leuk online symposium. Daarna ankerop, op weg van Bequia naar Mayreau, waar we hadden afgesproken met de Walkabout.

Zo leuk om Meriam en Paul weer te gaan treffen na al die maanden; de laatste keer dat we elkaar zagen was in de haven van Scheveningen, de avond voor hun vertrek. Natuurlijk wel veel contact gehad onderweg, maar dat is toch anders dan elkaar treffen, in de Carieb, Nota Bene! De laatste keer dat Mahi mahi en Walkabout naast elkaar lagen was op het IJsselmeer, bij het Vogeleiland. Nog voor vijven komen we aan en laten ons anker vallen voor de boot van onze vrienden. Dat we de rest van de dag hebben zitten borrelen en bijpraten zal niemand verbazen 😉 We trekken 6 dagen met elkaar op. Drie dagen bij peaceful Mayreau, waar we wandelen, uit lunchen gaan, kayakken en Meriam voor het eerst op haar SUP-board stapt. Waar we snorkelen, zwemmen, behandeling manueel therapie ondergaan en elke avond bij de ander gaan eten. Dan naar de prachtige Tobago Cays, waar het redelijk rustig weer is, dus waar het mooi snorkelen is bij het buitenrif, waar de eerste strand-bbq een feit is en waarbij er wordt gedanst op muziek van good-old-times Doe Maar! Shambala vaart eerder dan gedacht binnen, heel fijn om Maaike, Joshua en kleine Sophie weer terug te zien. We eten die avond met z’n allen bij ons aan boord en als toetje heb ik een cocos-passievrucht-cake gemaakt, waardoor er weer aan onze lieve Nieuw-Zeelandse vrienden Jill en Bruce denken.

De dag erna gaan we met z’n zevenen naar het strand voor de laatste lobstermaaltijd van dit seizoen, erg gezellig. Nog 1 gezamenlijk snorkel-uitje en dan is het tijd voor afscheid. Wat dierbaar om deze dagen omringd te zijn door lieve vrienden! Wij varen naar Fregat-eiland, omdat daar de omstandigheden mooi zijn om nog wat te spelen met onze wingfoil-set. Maar toen kwam het bericht van pap en zijn we drie dagen eerder vertrokken. 

Op 1 mei klaarden we uit, dag van de arbeid, dus overtime-fee… en om 10 uur zijn we op pad. We hebben zin in deze tocht; zowiezo leuk om terug naar Trinidad te gaan, maar het is ook de enige keer dit seizoen dat we een nacht doorvaren. Dat ging zonder problemen, we genoten van de maan en de sterrenhemel en vooral van de feestelijke ontvangst door een groep grote dolfijnen vlak voor de ingang van de baai van onze bestemming!

Inklaren ging vlot dankzij de hulp van Peake’s Yachtservice en daarna konden we zo onze vertrouwde box binnenvaren bij Crews Inn Marina, de cirkel is rond!

We zijn meteen hard aan de slag gegaan om schoon schip te maken. En vandaag dus het bericht dat pap weer in stabiel vaarwater is gekomen. We halen opgelucht adem; dan kunnen we het iets rustiger aan doen, wat geen straf is bij deze hoge temperaturen (het is hier wel 34 graden) en, grote kans dat we volgende week onze excursie kunnen laten doorgaan waarbij we de grote leatherback-turtles eieren zien leggen op een van de stranden hier, vast een magische ervaring! 

Daarna de laatste loodjes, de boot op de kant parkeren en als alles gaat zoals verwacht, dan zitten we woensdag 17 mei in het vliegtuig op weg naar huis. En ja, we hebben hartstikke veel zin in een half jaartje Nederland!

Guadeloupe met Theo en Brigitte

De voorpret begon met een boekje in de brievenbus van wandelingen op Guadeloupe. Hoewel we geen van beiden Frans goed kunnen lezen, spraken de plaatjes voor zich. Het boekje zag er veel belovend uit! Hoe meer de vertrekdatum naderde, hoe meer pakjes werden afgeleverd … (uhh…..we nemen alleen handbagage mee, hè!) 

Met het ijs op de ruiten van auto’s vertrekken we op 1 maart naar Schiphol. Uiteraard moeten beide koffertjes open bij de beveiliging: de yoghurtpoeder moet door de drugscontrole en de ‘bommen’ (kleine elektrische pompjes) die we voor een collega-boot mee hebben, trekken ook aandacht. Met een kleine vertraging komen we zo’n zestien uur later aan in Pointe-à-Pitre. Pieter en Monique wachten ons op in de Marina en met zijn vieren, de koffers en vers stokbrood gaat de laatste etappe met de dinghy naar de Mahi mahi. De lange broek en vest gaan uit en onder een prachtige sterrenhemel proosten we op het begin van de vakantie! 

Na de eerste plons in heerlijk warm water en een ontbijt zeilen we donderdag naar Îles des Saintes, een eilandengroep onder Guadeloupe. Onderweg vallen de grote velden Sargassowier op. Een soort wier wat op de zee drijft en uiteindelijk aan de stranden aanspoelt. Volgens Pieter is dat een toenemend probleem op de zee en zien zij dat de laatste jaren in toenemende mate. Bij Terre-des-Haut, het plaatsje, is geen vrije mooring buoy en ankeren we.

Daar krijgen we de eerste ervaring met de prachtige onderwaterwereld. Voor Theo is een snorkelmasker aangeschaft, waarin de meegebrachte min-6 glazen passen. Met wat coaching van Pieter en steun van de dinghy snorkelt ook Theo! We genieten van zoveel mooi gekleurde vissen. De collega-boot komt de ‘bommen’ halen en de volgende ochtend, vrijdag, nemen wij hun boei over. We brengen het vuil weg, bezoeken het fort van Napoleon en slenteren door het toeristische stadje. In de namiddag snorkelen we bij Anse du Pain de Sucre – een opvallende rotsformatie. Met windje mee kayakken Monique en ik er heen. Terug beuken Theo en ik tegen de wind in. Pittig tochtje, maar superleuk in die kayak!

We zijn onder de indruk van alle luxe aan boord. Als wadvaarders kennen we de ongemakken van weinig drinkwater en elektriciteit, ongemakkelijk zitten en een haperende koelkast. Maar hier is alles tiptop aanwezig. Na het zwemmen, douche je met zoet water, er zijn kussens in soorten en maten, en er is koud bier en wijn! Omdat bij de BBQ een stokbroodje lekker is, varen Monique en ik nog even naar de kant. Blijken ze daar toch lekker ijs te hebben! (Of was het andersom …)
Op zaterdag beginnen we de dag met een wandeling uit het boekje. Een lunch aan boord, bellen met ‘oma’, de kwalificatie van Max, wateractiviteiten, en voor we het weten is het avond. Op zondag ontbijten we met verse croissants en varen we naar Grande Baie Terre-de-Bas. We ankeren in deze baai, maar liggen onduidelijk te draaien.

Met een hekanker liggen we beter. Een primeur! Pieter en Monique kijken naar Max en wij snorkelen. We zien op de rotsen leguanen. De eerste van dit jaar voor Pieter en Monique! De volgende dag, maandag, maken we de tweede wandeling uit het boekje. Een verrassend mooie wandeling, eerst langs de kust, daarna de berg op. Best een pittige wandeling, over stenen en rotsblokken. Veel in de schaduw van de begroeiing. De grootste verrassing voor ons was dat bij de eerste pauze Monique trakteerde op koffie uit de rugtas! Maar ook de slang die we tegenkwamen was weer een primeur. Weer aangekomen in het dorpje was een Floup (waterijsje) de beloning. Gezien de weersverwachting (weinig wind uit het noordwesten) vertrekken we die middag nog naar Basse-Terre, de hoofdstad van Guadeloupe. Prachtige zeilmiddag gehad, helaas zonder dolfijnen of vis aan de haak, maar je kan niet alles hebben. De kust is niet aantrekkelijk genoeg om aan wal te stappen en we worden getrakteerd op een sundowner. Een nieuw begrip voor ons dat we zeker aan ons vocabulaire gaan toevoegen. De zonsondergang is prachtig, maar de zon valt weg achter de bewolking. Monique tovert een pittige, ja echt pittige, curry uit de keuken, waardoor we de week markeren als een pittige week.

Op dinsdag zeilen we naar de Malendure-baai bij Îlets Pigeon. Onderweg doet de watermaker zijn werk, en blijft de vislijn alleen Sargasso vangen. We letten even niet op en varen over een vislijn tussen twee kleine boeitjes heen. Geen paniek. Zeilen snel intrekken, en Pieter springt over boord en heeft in no time de lijn onder het roer uit.

Weer een primeur! We ankeren in een prachtige baai, blazen de kayak op (deze keer bemenst door Monique en Theo) en binnen een uur snorkelen we bij de eilandjes. Hoe vaker je snorkelt, hoe meer je ziet, en de aanwijzingen van Pieter en Monique helpen om de meest bijzondere dingen te zien. Ze zijn super enthousiast als ik een octopus aanwijs. Ik was me er niet van bewust dat deze niet zo vaak te zien zijn, maar we hebben dus weer een primeur. Moe en voldaan gaan we terug naar de boot. De zonsondergang is deze avond prachtig, en bekijken we vanaf de kant. Dit is zoals ik me het Carib had voorgesteld. Wij ‘koken’ vanavond en dat betekent uit eten in een restaurant dat gebouwd is rond een boom, met uitzicht op de zee. Jammer dat we geen plek meer hebben voor een toetje. 

Woensdagmorgen zien we vissers vlakbij de boot in actie: twee bootjes, ingewikkeld met een lange lijn die in een cirkel in het water ligt, en een staand net dat met de hand naar binnen wordt getrokken. Na zoveel dagen raken voorraden op en Pieter en Monique doen boodschappen. Grappig dat je dat je dan niet Googled waar een winkel is, maar in de pilot opzoekt waar je met je dinghy makkelijk aanlegt om boodschappen te doen. Ondertussen snorkelen wij aan de rand van de baai. De diversiteit aan vissen is hier zo mogelijk nog groter dan iets verderop bij de Îlets Pigeon. Ook het koraal is hier erg mooi. Ook ik spot hersenkoraal, een zwemmende schildpad, een trompetvis, en andere prachtige vissen. Na de lunch verplaatsen we ons op de motor zuidwaarts naar de baai Bain Chaud de Bouillante. De naam van die baai is niet voor niets! De baai wordt opgewarmd door vulkanische warmte, een geothermische centrale maakt er eerst elektriciteit van. Uiteraard proberen we dit uit. Een vreemde ervaring. De bovenlaag van het water is warm, tot 38 graden, en daaronder is het de normale temperatuur. Het is heerlijk ontspannend om op het warme laagje te drijven. Het stinkt een beetje naar zwavel. Wederom een prachtige zonsondergang al missen we wat eilandjes op de voorgrond. 

Donderdag gaan we naar het plaatsje, bezoeken het voetbalstation en de begraafplaats, doen boodschappen, Monique maakt 9 euro winst op de aankoop van een jurkje, en we zien de visser zijn eerder gevangen vis verkopen. Nog even zwemmen in het warme water. Ik voor het eerst op een paddle board. We snorkelen bij een rotseilandje. De helderheid van het water valt hier tegen (verwende nesten …) maar het hertengeweikoraal is echt prachtig. Helaas blijkt de kayak lek. Dat is een forse tegenvaller en het is ingewikkeld om te reclameren als je de kayak hebt gekocht op Tenerife en nu niet dichtbij een winkel bent. Pieter doet een vergelijkend warenonderzoek bij klantenservice-medewerkers in verschillende landen en die van Martinique wint. Hopen dat het nog onder de garantie valt. 

Volgens Monique hebben wij een unieke week wat het weer betreft. Weinig wind, bijna iedere dag onbewolkt en geen druppel regen. We verkassen weer terug naar de baai bij de Îlets Pigeon. We kunnen zeilen, want we hebben geen haast! 

Op vrijdag zien we de eerste donkere wolk waar zelfs een paar drupjes uit vallen. We zeilen met NNW-wind naar het noordelijk gelegen Deshaies! Daarmee laten we de Mahi mahi vaker overstag gaan dan de Déesse tijdens de wereldreis van drie jaar! We ankeren in de baai voor het dorpje op een plek waar we verwachten het minst last te hebben van de deining. De deining slaat stuk tegen de kade van het dorpje en tegen de dinghy-steiger. Gelukkig hebben we inmiddels ervaring met in‑ en uitstappen! Door de kracht van het water zijn de planken van de steiger losgekomen. Eenmaal op de steiger is het een uitdaging veilig aan de wal te komen. We ontdekken het leuke dorpje en hebben een heerlijke maaltijd in een restaurantje met uitzicht op zee. 

En dan is het alweer de laatste dag! We bezoeken de botanische tuin, nemen een laatste duik in het heerlijke water en nemen afscheid van de boot, het water, de heerlijke temperatuur, maar vooral ook van onze geweldige gastheer en gastvrouw. Die mooie natuur, de manier van leven, de gezelligheid, de vertrouwdheid en verwennerij zijn niet in foto’s te vatten. Die bewaren we in ons hartje. Zondagmiddag 12 maart zijn we terug in het koude Nederland.

Dominica in vogelvlucht

Dinsdag 21 februari maken we de Red Devils Parade mee in Fort de France, een carnavalsfeest om niet snel meer te vergeten. Het thema is zwartrood en vrijwel iedereen op straat draagt die kleuren. We beleven deze dag samen met 8 Nederlandse crews, hartstikke gezellig. Leuk om weer een boel boten om ons heen te hebben die we kennen.

Na zoveel weken op Martinique is het ook echt tijd om te gaan. Op woensdag varen we om 7 uur de baai uit, droppen ons anker nog even bij St.Pierre om snel uit te klaren en varen daarna als een speer bij 18-21 knopen wind naar Dominica, waar we rond 16 uur een mooring oppikken bij de hoofdstad Roseau.

De dag erna klaren we in en kopen prachtige groenten in de lokale supermarkt. ’s Middags op excursie met eigen dinghy; we varen naar Champagne-reef. Het woord zegt het al: we snorkelen boven het rif waar op talloze plekken uit de bodem luchtbelletjes omhoog borrelen, alsof je in een grote coup champagne zwemt, een bijzonder fenomeen.

Dominica heeft nog veel vulkanische activiteit, er is bijvoorbeeld het een na grootste boiling lake ter wereld. Maar dat bezoeken we volgende keer, als we meer tijd hebben en als Pieter weer goede wandelschoenen heeft. Want vorige week vielen plots de zolen van allebei zijn schoenen af, van het een op het andere moment. De hoge temperaturen aan boord geven we hier de schuld van. Maar we gaan nog wel 1 dag erop uit: Oda van de Off Course is jarig en nodigt ons uit om samen met hen een dag op pad te gaan met een huurauto, hartstikke leuk! De huurauto blijkt toch niet beschikbaar, maar ze weet een andere driver te vinden, die ons heel de dag rondrijdt: we zwemmen in koud (!) zoetwater door een diepe spelonk naar een indrukwekkende waterval. We zien een zoetwater-meer op hoogte. Maar het meest spectaculair vinden we de Trafalgarfalls, twee watervallen naast elkaar, de vader en de moeder genaamd. We klimmen en klauteren een flink eind omhoog langs de linker waterval en dan komen we bij een poel, waarin zowel koud regenwater vanuit de waterval als heet vulkanisch water uit de rotsen samenkomen. Geweldig!!! Soms zit je met je rug in een hete straal van 39 graden en dan koel je weer af in het frisse water van de poel. We genieten enorm van deze bijzondere ervaring en hebben de poel voor ons vijfjes alleen in prachtig namiddaglicht in een indrukwekkend mooie omgeving, een kadootje!! Met een barbecue bij ons aan boord besluiten we deze geslaagde dag.

Dan varen we naar het noordelijk gelegen Portmouth waar we ons anker laten vallen vlak bij de entree van de Indian River. Om 7 uur in de ochtend varen we in stilte met onze tweepersoonskayak de rivier op. Strakblauwe lucht, windstil, ochtendzonnetje erbij. We verkennen de drie takken van de rivier tot we niet verder kunnen en verbazen ons over de mooie wortels van de tropische bomen en wanen ons in een soort paradijs. Tot 8.15 peddelen we rond en komen niemand tegen. De rest van de dag geniet ik na van dit mooie avontuur terwijl Pieter zit te zwoegen op zijn theorie examen van zijn Royal Yachtmaster cursus. Met succes, want ’s avonds hoort hij dat hij is geslaagd voor de eerste twee onderdelen!

Op dinsdag 28 februari varen we rond 8 uur weg van Dominica. 8 uurtjes later, alles zeilend gedaan, komen we aan bij Pointe à Pitre, Guadeloupe, waar we een mooring oppikken. We hebben nog mooi 1 dag de tijd om de was te doen, boodschappen te halen en de boot klaar te maken voor de ontvangst van Theo en Brigitte die de dag erna om 20 uur ’s avonds bij ons aankomen. We zitten klaar bij de entree van de haven als ze er door een taxi worden afgezet. Na een fijn weerzien is het leuk om ze in de dinghy te laden en het donker in te varen, richting Mahi mahi die een eind verderop op ons ligt te wachten.

Benieuwd naar de avonturen die we met ons bezoek hebben beleefd? Binnenkort volgt een verslag hiervan, wat door henzelf zal worden geschreven. Maar alvast verklappen: we hadden 10 mooie dagen samen!

Een andere kijk op Martinique

Na de “wandelvierdaagse” gunnen we onszelf even wat rust en sociale gezelligheid op de ankerplek bij St. Anne. Leuk om steeds meer Nederlandse boten te ontmoeten, nu ook de vertrekkerslichting van 2022 in de Carieb is aangekomen. Martinique is al weken in de carnavals-voorpret en met meerdere crews gaan we kijken naar een optocht op de kant en de verkiezing van de koningin van het carnaval, wat met veel pracht en praal gepaard gaat in een vrolijke sfeer.

Ik realiseer me hoe anders dit zeilseizoen is, dan alle vorige keren. Omdat we hebben besloten in de oostelijke Carieb te blijven, is ons vaargebied niet zo groot. Van het zuidelijkste punt Trinidad tot de meest noordelijke bestemming van dit jaar, Barbuda, zit maar 500 zeemijl. Daarin liggen zo’n 7 grote eilanden en een handvol kleintjes. Alles is in een dag te bezeilen. We hebben dan ook geen enkele nacht op zee doorgebracht, pas 7 keer een lange dagtocht gezeild en een tiental kleinere tochten gemaakt van enkele uren, van baai naar baai. We zeilen dus veel minder dan anders en zijn op de meeste plekken veel langer dan we eerder gewend waren. Hierdoor is er een soort rust ontstaan, waar we zeker in het begin een beetje aan moesten wennen, ik meer dan Pieter. Ik had er last van me wat nutteloos te voelen, door gewoon aan boord te “zijn”, te genieten van het leven maar zonder grote (reis)doelen. De eerste maanden liep ik hierdoor wat met m’n ziel onder de arm, tot ik me wat serieuzer op de studie Spaans ging richten en meer interessante boeken ging lezen, waardoor ik het gevoel had mezelf wat te ontwikkelen. Pieter kan dit van nature veel beter, gewoon ZIJN zonder doel en daarmee prima tevreden zijn. 

Een voordeel van dit rustigere tempo is dat we de plekken die we aandoen veel beter leren kennen. We kennen de plaatselijke groentevrouw en het bakkertje vaak bij voornaam en in het stamcafé weten ze precies wat we willen drinken aan het eind van de dag. We hebben meer contact met de lokale bevolking en meer tijd om te verkennen. We wandelen veel, ontdekken meer plekjes vanuit de dinghy en gaan vaker op onderzoek uit, soms met een huurauto. We verdiepen ons meer in de achtergrond van een eiland en z’n cultuur, waar we op eerdere reizen minder goed aan toekwamen. De boot is meer ons huis geworden dan ons vervoersmiddel, en ik merk dat ik het zeilen een beetje begin te verleren; ik ben vaker bang aan boord, heb meer last van de heftigheid van de elementen. Vooral windvlagen rondom de kapen waardoor de boot plots heel schuin gaat vind ik eng, iets wat ik me van eerder niet zo herinner. Gelukkig is Pieter altijd de rots in de branding en nog steeds in zijn element op de boot. Ik ben vaak de drijvende kracht achter het ondernemen van andere dingen, ik heb de behoefte soms de boot even de boot te laten en samen op pad te gaan. Zo hebben we het plan opgevat om en weekje “op vakantie” te gaan op Martinique om het land eens vanaf de binnenkant te leren kennen en zo geschiede: we leggen de boot voor een week aan een mooring van de haven en gaan er met huurauto op uit, waarbij we overnachtingen regelen via airB&B. En samengevat: we hadden een heerlijke week! Even een andere omgeving, andere overnachtingsplekken, het gemak van een auto, de luxe van staand douchen in een huis. We hadden een beetje pech met het weer, het regende bovengemiddeld veel waardoor de wandelingen rond de Mont Pelée niet gemaakt konden worden. Maar daar kwamen leuke andere dingen voor in de plaats, zoals een bezoek aan het bananenmuseum, botanische tuinen, het vulkaanmuseum waar we een uur durende film zagen over de ramp van 1902, toen in 1 klap heel de stad Sainte Pierre werd weggevaagd door een pyroklastische uitbraak van de Mont Pelée met 30.000 doden als gevolg en slechts 2 overlevenden.

Al met al hebben we die week 6 wandelingen gemaakt, waarvan de meest bijzondere op de laatste dag, bij prachtig weer: van Grand Rivière naar Le Prêcheur, een 5 uur durende tocht dwars door het tropische regenwoud. En dan weer terug naar de beginplek met een ruig boottochtje. We vonden het ook zo leuk om op 4 verschillende plekken te overnachten, elk met een eigen sfeer. Soms bij mensen in huis, waarbij we een eigen kamer hadden, maar de algemene ruimtes moesten delen met de gezinsleden. 1x hadden we een eigen appartement, 1 keer sliepen we midden op een bananenplantage in een oud-koloniaal huis met een prachtige sfeer. Een prima manier om meer in contact te komen met de lokale bevolking! De laatste verhuurder vertelde enthousiast over carnaval en natuurlijk gingen ook zij die avond in het nabijgelegen stadje naar de optocht kijken, een week voor het echte grote feest. Grappig om te zien, dat dit eiland al een maand in de ban van carnaval is. We zijn inmiddels wel heel erg nieuwsgierig geworden naar het spektakel en besluiten te blijven tot na Mardi Gras, waarop de grote parade plaatsvindt.

Na zo’n week over land is het weer extra fijn om aan boord te zijn. We hebben nog een paar gezellige dagen bij St. Anne en varen dan via een andere baai naar de hoofdstad, Fort de France, waar we ons anker op de eerste rang laten vallen. We hebben een prachtplek en zijn er klaar voor, laat dat carnaval maar losbarsten. De dagen erna stroomt heel de baai vol met schepen, iedereen probeert een plekje te vinden, en niet iedereen slaagt daarin, zo vol is het inmiddels. En dan is het zaterdag de 18de, de eerste parade vindt plaats waarbij de koninginnen worden getoond. Nou, we vinden het al prachtig terwijl dit alleen nog maar een voorproefje is. Op zondag de 19de zindert heel de stad, overal horen we muziek en tromgeroffel en om 15 uur begint le grand parade: een geweldig feest barst los en iedereen is prachtig verkleed, niet alleen de mensen in de stoet, maar ook al het publiek. Thema is multi-color, en er is niemand te zien die er saai uitziet. Zo, ze weten er hier wel een feestje van te maken. Erg leuk om dit samen te beleven met de Nederlandse crews van Sirena, Tjoba en RebelRebel. Inmiddels is het alweer 16 uur op maandag en de volgende parade is alweer begonnen, nu met als thema travestie: we stappen zo in de bijboot om onze ogen weer uit te gaan kijken. Morgen de klap op de vuurpijl met de grote Rode Duivels parade en daarna wordt het tijd dat we Martinique gaan verlaten. Tjonge, we zijn dan 5 weken op dit eiland geweest, dat hadden we van tevoren niet gedacht. Wat hebben we dit eiland op een andere manier leren kennen, weer heel wat ervaringen rijker.

De komende maand heeft ook veel leuks in petto: eerst een weekje genieten van de natuurpracht van Dominica, dan naar Guadeloupe waar Theo&Brigitte een dag of 10 met ons meevaren aan boord. Dan door naar Antigua waar Mieke komt aanmonsteren en we samen de schoonheid van Barbuda gaan ontdekken. En na haar bezoek wordt het voor ons weer tijd om het steven naar het zuiden te richten en terug te varen naar Trinidad waar de boot op de kant zal gaan voor 6 maanden. We hebben inmiddels de vluchten naar huis alweer geboekt, 17 mei gaat dit mooie half jaar worden afgerond en begint een nieuwe fase in Nederland!

Ineens weer terug in “Europa”.

Vandaag is het 16 januari 2023. Oud&Nieuw ligt alweer even achter ons. We hebben het vorige jaar uiteindelijk met z’n tweetjes uitgeluid, met champagne en een zelfgebakken oliebollenbrood, wat precies hetzelfde smaakte als onze klassieke bollen in eigen land. Om eerlijk te zijn, we lagen om tien uur ‘s avonds al in ons nestje, de feestjes op de kant waren niet leuk genoeg, zonder bekenden om ons heen. Maar om middernacht werden we wakker geknald met een prachtig vuurwerk; twee jaar lang was het er niet van gekomen door Covid, dus daarom was het nu extra groots aangepakt. Kosten noch moeite werden gespaard!

Het nieuwe jaar zijn we rustig begonnen. We zijn tot 7 januari in de baai van kleurrijk Bequia gebleven en kwamen de tijd prima door met lekker lezen, flinke wandelingen, een goede netflix-serie en gezelligheid met de relaxde crew van de Off Course, die al 5 jaar aan het zeilen zijn, samen met hun bijna 6 jarige Jasper aan boord, een schatje!

Zaterdag 7 januari is er een mooi weerwindow om naar het noorden te varen. We laten het grootste eiland van de Grenadines (Saint Vincent) rechts liggen, aan stuurboord, en varen in 1x door naar Saint Lucia. Nog nooit zijn we hier gestopt op eerdere reizen, maar nu hebben we er de tijd voor. Leuk, een nieuwe bestemming! De tocht tussen de twee grote eilanden is best pittig, met koppige golven en flinke windvlagen onder een loodgrijze lucht. Het enige lichtpuntje is de vangst van een serieuze mahimahi, 3.2 kgr blijkt later als we hem wegen. We eten er wel 5 keer van in de week erna.

De aankomst bij St.Lucia is indrukwekkend: hoge bergtoppen priemen door de nevelige lucht, het blijken de twee Pitons te zijn, de grootste is bijna 800 meter hoog, de kleinere 750 meter. We vinden precies tussen die twee bergen in een vrije mooring in het marine park. Dit betekent dat het beschermd gebied is, ankeren is verboden omdat daardoor het koraal kan beschadigen. ’s Avonds komen de park rangers langs om het mooring-geld te innen, 18 euro per nacht. Nou, dat is het ons dubbel en dik waard: wauw, wat een prachtige plek!! We liggen op nog geen 50 meter van de kust, links en rechts van ons steken de hoge bergen de lucht in, weelderig tropisch begroeid. We krijgen er geen genoeg van om om ons heen te kijken vanuit kuip of voordek.

Saint Lucia is een vulkanisch actief eiland, wat je ruikt doordat regelmatig een zwavellucht langstrekt. We lezen dat je er mooi kan wandelen en vulkanische fenomenen kan bezoeken.

Maandagochtend varen we naar La Soufrière, een paar mijl verder, waar we formeel kunnen inklaren. Daarna gaan we op onderzoek uit, samen met de crew van Off Course. We wandelen naar de botanische tuinen en boeken een privé-bad met “piping hot water from the vulcano”. Inderdaad, in een klein sfeervol gebouwtje stromen twee baden in mum van tijd vol met lekker warm naar rotte eieren ruikend water! Lang geleden dat we in een heet bad zaten. De buitenbaden waren uiteindelijk leuker, omdat we vandaar uit de natuur mooi konden zien.

De dag erna namen we de bus met z’n vijven naar de sulpher-springs: blijkbaar een toeristische attractie waar bussen vol oudere Europeanen worden geladen en gelost. We lopen door vulkanisch landschap, zien borrelende moddelpoelen, stoom komt uit de grond en het ruikt naar zwavel. De aarde heeft wisselende kleuren door allerlei soorten mineralen. De watervallen die we tegenkomen zijn warm of gewoon heet. We nemen aan het eind van de rondleiding ook een modderbad, na ons eerst goed te hebben ingesmeerd met grijze en/of zwarte modder. Het schijnt dat we er tien jaar jonger van gaan worden….

Daarna maken we nog een hike door het oerwoud en zien nog wat watervallen onderweg. Leuk om door de buitenwijken van het stadje weer langzaam in de bewoonde wereld te komen, zo krijgen we een beeld van hoe de lokale bevolking hier leeft. De mensen hebben weinig, veel woningen zien er schamel uit met golfplaten en veel rotzooi in de omgeving. Honden en kippen lopen overal. Maar ondanks de armoede die we zien, is eigenlijk iedereen even aardig en ontspannen. Wat ons nog steeds kan verbazen, is hoe vriendelijk iedereen elkaar hier groet. Triest toch, eigenlijk, dat zoiets normaals ons hier verbaast. Als we door de binnenstad van Den Haag lopen, zal het niet snel gebeuren; oprechte vriendelijkheid van elkaar groetende mensen……welvaart brengt niet alleen maar goeds met zich mee. Maar dit voelt goed, we vinden het hier wel leuk!!

Nog een uitje naar een mooie uitzichtsplek, Tet Paul genaamd; we beginnen onze kuiten inmiddels wel te voelen van al die steile wandelingen. Jasper doet het supergoed, met z’n korte beentjes, hij maakt de dubbele afstand van de volwassenen met al z’n energie 🙂

Na al dat lopen, is het zalig om ’s middags in kraakhelder water te gaan snorkelen langs de kust. De onderwaterwereld is hier prachtig, niet alleen door de vele vissen, maar zeker ook door het afwisselende landschap vol wuivende zachte koralen.

Na een rustdagje aan boord, lopen we saampjes naar de Piton falls, waar we om half tien in de ochtend de eerste gasten zijn. De hete baden midden in de natuur hebben we helemaal voor onszelf alleen, het is een prachtplek waar we graag eens terugkomen. Tjonge, we zijn helemaal onder de indruk van dit eiland en z’n bewoners, blij dat we deze keer wel de tijd ervoor hebben genomen.

Er komt een mooi weergat aan, dus we moeten verder, richting Martinique. Een reden waarom we wat haast willen maken, is omdat we ons zorgen maken over de gezondheid van Mariëtte, Pieters moeder, mijn lieve schoonmoeder. Ze is net 92 geworden en het kaarsje wordt duidelijk zwakker. Dus willen we dankbaar gebruik maken van dit weerwindow, om met een relatief makkelijke tocht bij Martinique aan te komen. Vanaf daar is namelijk van alles te regelen, omdat het eigenlijk een deel van Frankrijk is, dus een soort van Europa, aan de andere zijde van de Atlantische oceaan. We knippen de resterende 45 mijl tot Martinique in twee stukken en zeilen op vrijdag naar Rodney Bay, een bekende ankerplek/haven in het noorden van Saint Lucia, waar ook de ARC aankomt na de Atlantische oversteek. Leuk om er even de sfeer op te snuiven. Eerlijk gezegd valt het ons tegen, wat we er zien schuurt een beetje te veel met het mooie pure St. Lucia wat we tot nu toe zagen: hier in het noorden is alles gericht op de rijke blanke westerling. Een mooie marina, fraaie restaurants, sjieke winkels. Overal zien we terrassen vol met blanke mensen, veel Engelsen en Amerikanen. Rode gezichten door teveel zon, drank en wellicht een te hoge bloeddruk? Vaak een dikke buik eronder en als het nog meer tegenzit, ook nog eens van die hoog opgetrokken witte sportsokken vanuit sandelen. Doe ons maar het minder toeristische deel van dit prachtige eiland!

Zaterdag 14 januari vertrekken we richting Martinique. Voor deze tijd van het jaar staat er voor deze dag relatief weinig wind en de richting is gunstig, iets zuid van oost. Maar desalniettemin is het een pitte zeiltocht, serious ocean-sailing, met golven tot 3 meter en halve wind rond de twintig knopen, waardoor we best helling hadden en al met al een onrustige tocht. Extra fijn om dan aan te komen in de grote baai van St. Anne, waar we op 5 meter diepte ankeren in een groot veld vol boten, opvallend veel met de Franse driekleur, in mooi blauw en helder water. Inklaren is een fluitje van een cent, we kunnen in een lokale snackbar zelf achter een pc kruipen, waar we alles invullen. We betalen 3 euro en krijgen een stempel op het printje, klaar is Kees. In Europa zijn heeft zeker zijn voordelen! Zo ook dat we nu weer gewoon ons Vodafone abonnement kunnen gebruiken, dus lekker veel data hebben en zonder beperkingen met het thuisfront kunnen bellen.

Omdat het weekend is, kunnen we beeldbellen met Mariëtte, Pieters moeder, zoals we elk weekend doen als er 1 van de kinderen aanwezig is. Ze vertelt dat het maar moeizaam gaat allemaal, ze is moe en ziet er ook maar minnetjes uit. Na het telefoontje kijken we elkaar aan en denken allebei hetzelfde. Nu we toch hier zijn, op Martinique, van waaruit het zo makkelijk is om op en neer te vliegen, zullen we van deze gelegenheid gebruik maken om Mariette nog even te zien en te steunen? Even wat warmte en aandacht geven?

We parkeren het plan, omdat we lunchbezoek krijgen van onze Leidse vrienden van de Bries, die hier door pech onverhoopt nog liggen. We hebben een fijne middag aan boord met z’n vieren en delen het laatste stuk van onze mahi mahi. Als ze weg zijn pakken we de i-pad erbij en een uur later geven we elkaar een high-five: de vluchten zijn geboekt, woensdag 18 januari vliegen we voor een week naar huis om onze ouders te bezoeken met Mariëtte in de hoofdrol. Het voelt goed, we zijn blij met onze beslissing en kijken nu al uit naar de reacties van het thuisfront. Europa, here we come!